Het gebouw van het Europees Parlement in Straatsburg is geïnspireerd op het verhaal van de toren van Babel die onaf gebleven is.

We hebben op 19 mei het Pinksterfeest gevierd. Het verhaal in Handelingen vertelt ons over de vele vreemdelingen die er in Jerusalem waren voor het wekenfeest. Het wekenfeest is een oogstfeest en het herinnert aan de komst van de Tora. Het is de joodse vormgever van ons Pinksteren. Bij Pinksteren hoort dat deze vreemdelingen in Jerusalem hun eigen talen hebben, maar dat ze de woorden van de leerlingen van Jezus toch kunnen verstaan. Hun ‘vurig’ profeteren was voor iedereen te begrijpen; taal was niet langer een barrière, maar een verbinder.

Zo verwijst Pinksteren naar het verhaal van de toren van Babel in Genesis. Het is er in zekere zin de omkering van. Bij de toren van Babel verliest de taal zijn zeggingskracht en worden de mensen over de aarde verstrooid. Je kunt je voorstellen dat er ruzies waren ontstaan waren omdat mensen elkaar niet meer konden begrijpen. Het niet-begrijpen drijft mensen uit elkaar. Nu met Pinksteren worden mensen weer bij elkaar geroepen. Ondanks de verschillen in etniciteit en landen van herkomst begrijpen ze gezamenlijk de woorden van de leerlingen die spreken in visioenen en over dromen.

De Babylonische spraakverwarring is ook in onze taal een begrip geworden. Net als het bouwen van een toren die, als die van Babel, tot in de hemel reikt. Ook politici maken gebruik van dat beeld, zowel in positieve als in negatieve zin. Een voorbeeld van het laatste: in de NRC van 25 april stond dat Eva Vlaardingenbroek op de populistische CPAC-conventie in Boedapest over de Europese Unie zegt: „Als het fundament verrot is, zal elke poging tot herbouwen verkruimelen. De toren van Babel moet vernietigd worden. De elite is met ons in oorlog, dus moeten we het harnas van God aantrekken, terugvechten en overwinnen!” Hier lijkt wel sprake van een dubbele Babylonische spraakverwarring! De toren van Babel geeft helemaal niet het beeld van een toren die in zijn fundamenten verrot is. In tegendeel, de toren is juist soliede gebouwd en kritiseert de ambitie van de bouwers om rücksichtslos naar God te reiken. Het verwijzen naar ‘het harnas van God aantrekken’ doet vermoeden dat juist dat reiken naar God de ambitie is van de spreekster. Dit is in Bijbelse zin gebrabbel! De portee van het verhaal van het bouwen van Babel is immers een pleidooi voor onderling begrip en een menselijke maat, en tegen de dadendrang van leiders die gewone mensen ontmenselijken.

Er zit nog een extra pijnlijke wending in de opmerkingen over de toren van Babel van Eva Vlaardingenbroek. Juist om de Europese Unie van tevoren te waarschuwen tegen een mogelijke verblinding van de macht, is bij wijze van zelfreflectie het vergadergebouw van het Europees Parlement in Straatsburg neergezet als een toren van Babel die onaf is. De betekenis daarvan is tweeledig. Het betekent eerst dat het vormen van de Europese Unie begeleid wordt met een permanente waarschuwing is tegen het vormen van een rigide machtsblok. Met de gruwelijke ervaring van ‘Het Derde Rijk’ in Europa is dat een zeer betekenisvol statement, lijkt me. Als er een Europa opgebouwd wordt, zou dat op basis van verzoening en solidariteit moeten gebeuren.

Aan de andere kant verbeeldt het gebouw de uitdaging om ‘Europa’ te blijven zien als een project dat onaf is; een aansporing om altijd kritisch te blijven en te willen verbeteren. De hoop is dat Europese mensen die van huis uit vele verschillende talen spreken, elkaar leren verstaan. En dat niet alleen in ‘mooie woorden’ maar ook in de geest van samenwerking, vrede, gastvrijheid, vrijheid en rechtvaardigheid. Of dat gelukt is is iets anders. Maar moge Gods Geest Europa blijvend inspireren.

Ds. Anne Kooi, met dank aan het artikel ‘Met de rechtsstaat alleen komen we er niet’ van Ad van Nieuwpoort in het NRC van 18 mei jl.