Wat zou Jezus doen?

 

Opnieuw ontkom ik er niet aan. Ik zit achter mijn laptop dit bericht aan u te schrijven terwijl de hele wereld net getuige is geweest van de bestorming van het Capitool door losgeslagen Trump-aanhangers. Ik ben er nog helemaal van onder de indruk en kan moeilijk aan iets anders denken. Er ligt een zee en een oceaan tussen mijn beschutte plek hier op aarde en deze turbulente gebeurtenis. Maar net zo goed als stormen van het ene halfrond naar het andere oversteken, zo kunnen we hier in Europa ook niet doen alsof dit geweld in het centrum van Amerika geen effect heeft op ons leven.

Wat mij als bijbels theoloog vooral verbijsterde was dat ik tussen de demonstranten spandoeken zag met ‘Jesus saves’ en ‘Jesus 2020’. Alsof Jezus inwisselbaar zou zijn voor Trump en zo alsnog voor hem de verkiezingen gewonnen had. Toen Trump een half jaar geleden in datzelfde Washington een bijbel oppakte en daar demonstratief voor de camera’s mee verscheen, riep dat bij vele van mijn vriend(inn)en in Amerika – al dan niet kerkelijk – een grote verontwaardiging op: een “wolf in schaapskleren”, “godslasterlijk”, “hoe cynisch wil je het hebben”! Nu zien we opnieuw hoe de christelijke religie gebruikt wordt, of liever gezegd gekaapt wordt, door mensen die geen flauw idee hebben waar Jezus voor staat. Dit is het religieus legitimeren van alles wat God aan leugenachtig­heid, en dictatoriaal gedrag en haat-zaaien verboden heeft. Op het moment dat Trump die bijbel oppakte was hij in gesprek met heel het christendom, zowel dat in Amerika, als dat in de rest van de wereld. Vaak genoeg hoor je dat deze president een nieuwe sterk naar beneden afgeschaalde norm stelt ten aanzien van wat acceptabel is qua publiek gedrag. En als zodanig heeft hij ook invloed op wat elders op de wereld – en dus ook bij ons – aan politiek wangedrag gelegitimeerd wordt. Maar dat er christenen zijn die daarvan onder de indruk zijn, daar hun instemming aan geven, en er zelfs met spandoeken achteraanlopen … ik kan het werkelijk niet begrijpen.

Tegelijkertijd zie ik dat er vele Amerikaanse gelovigen zijn, mensen die bijvoorbeeld in de lijn van Martin Luther King denken en leven en doen, gaandeweg dit presidentiële toneel aan geloofwaardig­heid winnen; althans wat mij betreft. De nieuwgekozen senator in Georgië, Raphael Warnocks, lijkt mij tot mijn opluchting een politicus te zijn die in vrijwel alles een tegenpool is van de Amerikaanse politiek die de afgelopen vier jaar de wereld beheerste. Warnocks is pastor in de Ebenezer Baptist Church waar ook Martin Luther King Jr. thuis was. Hij groeide op in Savannah, Georgië, in een groot gezin onder armoedige omstandigheden. Zijn moeder had nog als een tot-slaafgemaakte katoen geplukt in de plantages; zijn vader was ook een pastor. Raphael Warnock heeft, tegen alle weerwil in en vol moed, optimisme en gemeenschapszin, het uiteindelijk tot senator gebracht. In zijn verkiezings­toespraak las ik de volgende woorden (vertaald):

“Ik denk op dit moment aan mijn vader. Hij maakte mij elke morgen bij het ochtendgloren wakker. Dan was het morgen, maar het was nog donker. Het is donker op dit moment, maar de morgen komt. De schriften vertellen ons dat het huilen de hele lange nacht kan aanhouden, maar met de morgen komt de blijdschap. Laten we opstaan, de morgen begroeten en de uitdagingen aangaan die er voor ons liggen. Samen kunnen we doen wat nodig is om zo de toekomst te winnen voor al onze kinderen.”

Als ik dat lees is het alsof er een nieuwe Martin Luther King is opgestaan. In deze woorden worden ook nieuwe normen gesteld die mensen over de hele wereld kunnen inspireren, maar nu ten positieve. Aan welke kant zou Jezus staan? De vraag stellen is hem beantwoorden.

Ds. Anne Kooi, predikante Protestantse (PKN) gemeente Waal – Koog – Den Hoorn